Het valt op dat sommige mensen makkelijk stoppen met eten als ze vol zitten, terwijl anderen dat moeilijker vinden. Dit kan leiden tot overgewicht. Onderzoekers hebben een mogelijke verklaring gevonden in een nieuw ontdekte verbinding tussen twee hersengebieden die betrokken zijn bij eetgedrag. Deze gebieden zijn gerelateerd aan het reukorgaan en motivatie.
De studie toont aan dat hoe zwakker deze hersenverbinding is, hoe hoger de Body Mass Index (BMI) van een persoon. De wetenschappers ontdekten een connectie tussen het olfactorische tuberkel, dat deel uitmaakt van het beloningssysteem van de hersenen, en een hersengebied genaamd de periaqueductale grijs (PAG). Dit gebied speelt een rol in gemotiveerd gedrag als reactie op negatieve gevoelens zoals pijn en dreiging en mogelijk ook in het onderdrukken van eetlust.
Eerder onderzoek door Thorsten Kahnt, bij de National Institutes of Health, toonde aan dat voedsel aantrekkelijker ruikt wanneer je honger hebt. Maar de geur wordt minder aantrekkelijk als je verzadigd bent. Geuren sturen dus gemotiveerd gedrag zoals voedselinname, en de perceptie van deze geuren verandert met het hongergevoel.
Wetenschappers begrijpen nog niet volledig hoe de reuk bijdraagt aan hoeveel we eten. Het team van Northwestern University ontdekte dat de aantrekkelijkheid van de geur van voedsel gerelateerd is aan honger. Als de hersencircuits die dit gedrag sturen verstoord zijn, kunnen deze signalen verward raken. Hierdoor kan eten zelfs als je vol zit nog steeds als belonend worden ervaren, wat kan leiden tot een hogere BMI.
De onderzoekers vermoeden dat gezonde hersennetwerken die beloningsgebieden verbinden met gedragsgebieden het eetgedrag kunnen reguleren. Ze sturen signalen die aangeven dat eten niet meer goed voelt als je vol zit. Mensen met zwakke of verstoorde circuits missen deze signalen, waardoor ze blijven eten, zelfs als ze geen honger meer hebben.
Dit onderzoek is belangrijk voor toekomstige behandelingen van overeten. Het gebruik van MRI-scans uit het Human Connectome Project heeft geholpen om deze hersenverbindingen in kaart te brengen. De bevindingen werden bevestigd in een kleinere MRI-studie in het laboratorium van Northwestern University.
De studie, die op 16 mei wordt gepubliceerd in het Journal of Neuroscience, werd gefinancierd door verschillende subsidies van de National Institutes of Health.